Wat betekent het regeerakkoord voor de rijschoolbranche?

We hebben er even op moeten wachten, maar afgelopen dinsdag was het dan eindelijk zo ver: het nieuwe regeerakkoord is verschenen. Maar wat is het nieuwe kabinet met VVD, CDA, D66 en ChristenUnie allemaal van plan. RijschoolVandaag.nl heeft het regeerakkoord voor je uitgeplozen. De punten waar het regeerakkoord van belang is voor de rijschoolsector, hebben we hieronder voor je op een rijtje gezet.

Opleiding tot ADAS-instructeur bij De VerkeersAcademie

— Advertentie —

Alles is relatief. Deze formatie duurde heel lang; het wachten op de wijzigingen in de WRM duren nog veel langer. In het regeer akkoord is uiteraard niets terug te vinden over de WRM. Klein bier namelijk voor de onderhandelaars.

Eenmansrijscholen

Het regeerakkoord bevat wel punten die gevolgen zullen hebben voor eenmansrijscholen. Zowel volledig zelfstandigen als franchisenemers, die toch wel eens gezien kunnen gaan worden als werknemers.

  • De Wet DBA wordt vervangen. De nieuwe wet moet enerzijds (de inhuurder van) echte zelfstandigen zekerheid bieden dat er geen sprake is van een dienstbetrekking en anderzijds schijnzelfstandigheid voorkomen.
  • Voor zzp’ers wordt bepaald dat altijd sprake is van een arbeidsovereenkomst bij een laag tarief in combinatie met een langere duur van de overeenkomst of een laag tarief in combinatie met het verrichten van reguliere bedrijfsactiviteiten. Wat een laag tarief is, wordt gedefinieerd als corresponderend met loonkosten tot 125% van het wettelijk minimumloon of met de laagste loonschalen in cao’s. Er wordt één tarief gekozen om voor de gehele markt de onderkant af te bakenen. Op basis van de gehanteerde argumentatie zal dit tarief vermoedelijk liggen in een bandbreedte tussen de 15 en 18 euro per uur. Een langere duur wordt gedefinieerd als langer dan drie maanden.
  • Het kabinet gaat verkennen of en hoe zelfstandig ondernemerschap via de invoering van een ondernemersovereenkomst een eigen plek zou kunnen krijgen in het burgerlijk wetboek. Dit zou de positie van zelfstandig ondernemers kunnen verhelderen en verstevigen.
  • Het kabinet wil u de tijd geven om te wennen aan veranderde wet- en regelgeving. Het huidige handhavingsmoratorium wordt na invoering van de bovenstaande maatregelen gefaseerd afgebouwd. Na invoering van de nieuwe wetgeving geldt maximaal een jaar een terughoudend handhavingsbeleid (onder andere geen boetes na eerste controle), waarin de Belastingdienst een coachende rol heeft en u helpt bij de toepassing van de nieuwe regelgeving.
Voor rijschoolondernemers met personeel

Ook voor rijscholen met personeel in dienst gaat het een en ander veranderen.

  • De periode waarna elkaar opeenvolgende tijdelijke contracten overgaan in een contract voor onbepaalde tijd, wordt verlengd van twee naar drie jaar. De mogelijkheden voor een langere proeftijd worden verruimd om het aangaan van een contract voor onbepaalde tijd aantrekkelijker te maken voor werkgevers.
  • Introductie van een cumulatiegrond in het ontslagrecht waardoor werknemers makkelijk te ontslaan zijn. Bijvoorbeeld verwijtbaar handelen gecombineerd met disfunctioneren en een verstoorde arbeidsrelatie.
  • De mogelijkheid wordt verruimd om scholingskosten in mindering te brengen op de transitievergoeding.
  • Hogere transitievergoeding: ten eerste krijgen werknemers vanaf het begin van hun arbeidsovereenkomst recht op transitievergoeding in plaats van na twee jaar. Ten tweede gaat voor elk jaar in dienstverband de transitievergoeding een derde maandsalaris bedragen.
  • Het kabinet wil voorkomen dat bij nulurencontracten sprake is van permanente beschikbaarheid daar waar de aard van de werkzaamheden dat niet vereist.
  • Verlichting van de verplichtingen voor loondoorbetaling bij ziekte: om te bevorderen dat het MKB weer meer personeel in (vaste) dienst durft te nemen, wordt de loondoorbetalingsperiode voor kleine werkgevers (tot 25 werknemers) verkort van twee naar één jaar. De collectieve kosten van het tweede jaar worden gedekt via een uniforme lastendekkende premie, te betalen door kleine werkgevers.
Een leven lang leren

De overheid gaat bevorderen dat iedereen zich tijdens zijn werkzame leven blijft ontwikkelen. Het is de primaire verantwoordelijkheid van werkgevers en werknemers dat werknemers inzetbaar blijven. De overheid zorgt voor de noodzakelijke randvoorwaarden.

  • Veel werkenden doen tijdens hun loopbaan weinig aan bijscholing. Dit is in het bijzonder het geval voor een aantal specifieke groepen, waaronder lager opgeleiden en ouderen. Om die reden, en om er voor te zorgen dat iedereen zich na het afstuderen kan blijven ontwikkelen, heeft het kabinet de inzet om de fiscale aftrekpost voor scholingskosten te vervangen door een individuele leerrekening voor alle Nederlanders die een startkwalificatie hebben gehaald. Daarbij is het relevant dat mogelijkheden voor werkgevers worden verruimd om investeringskosten in de inzetbaarheid van werknemers binnen de eigen organisatie in mindering te brengen op de transitievergoeding.
  • Het kabinet investeert 40 miljoen euro per jaar in extra persoonlijke begeleiding door het UWV van werkzoekenden in de WW.